Eindejaarstips 2019

Eindejaarstips 2019

Het einde van 2019 is in zicht. En dat betekent dat de jaarafsluiting eraan komt. Maar ook dat je voor sommige acties nog maar weinig tijd hebt. En dat sommige acties juist beter uitgesteld kunnen worden tot volgend jaar om je fiscaal voordeel zo groot mogelijk te maken.

Prinsjesdag brengt altijd wijzigingen met zich mee die ook van invloed zijn op het mkb. Het Register Belastingadviseurs brengt daarom jaarlijks een RB-special uit met tips op allerlei verschillende gebieden. Met al deze tips kan het jaar fiscaal zo voordelig mogelijk af worden gesloten.

Hieronder hebben wij 10 eindejaarstips voor u geselecteerd.
De overige tips kunt u nalezen en downloaden via deze link.

  1. Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek
    Voor de KIA moet u minimaal € 2.300 (max. € 318.449) aan investeringen in 2019 doen. Investeringen tot een bedrag van € 450 tellen niet mee. De KIA geldt zowel voor nieuwe als oude bedrijfsmiddelen. Voor sommige bedrijfsmiddelen kunt u geen KIA krijgen, zoals grond, woningen en personenauto’s.
  2. Beperk de aftrekbeperking voor gemengde kosten
    Gemengde kosten zijn kosten die zowel een zakelijk als een privé-element bevatten. Heeft u in 2019 gemengde kosten gemaakt? Dan zijn deze tot € 4.500 niet aftrekbaar. U kunt er echter ook voor kiezen om het niet aftrekbare deel te beperken tot 20% van de werkelijke kosten, als dit bedrag lager is.
    Voor ondernemingen die onder de vennootschapsbelasting vallen, gelden afwijkende regels. Drijft u uw onderneming via een bv? Dan is het bedrag van de niet-aftrekbare kosten gelijk aan 0,4% van het belastbaar loon van alle werknemers samen, met een minimum van € 4.500. De bv kan er ook voor kiezen om dit bedrag te vervangen door 26,5% van de werkelijke kosten, als dit bedrag lager is.
  3. Stel altijd een goede leningsovereenkomst op
    De laatste jaren heeft de Belastingdienst veel aandacht voor leningen tussen vennootschappen. Als de lening niet op zakelijke voorwaarden is verstrekt, dan is de lening onzakelijk. Van een onzakelijke lening kan sprake zijn als geen aflossingsschema is overeengekomen of als aan de schuldeiser onvoldoende zekerheden zijn verstrekt. Is sprake van een onzakelijke lening, dan is een verlies op die lening niet aftrekbaar van de winst.
    Om te voorkomen dat een lening onzakelijk is, moet u allereerst een leningsovereenkomst opstellen. Zorg dat u goede afspraken maakt over de te betalen rente en aflossing en over zekerheden voor de schuldeiser. Dit geldt ook als de lening wordt verstrekt tussen de vennootschap en de aandeelhouder-natuurlijk persoon.
  4. Vraag btw voor niet-betalende debiteuren terug
    Weet u zeker dat cliënten uw facturen niet meer zullen betalen? Dan kunt u de btw die u op die facturen in rekening heeft gebracht en heeft afgedragen, aan de Belastingdienst terugvragen.
    Sinds 2017 is de vordering in ieder geval oninbaar uiterlijk één jaar na het verstrijken van de uiterste betaaldatum die u met uw klant bent overeengekomen. Bent u geen betalingstermijn overeengekomen? Dan geldt een betalingstermijn van 30 dagen na ontvangst van de factuur door uw klant.
    U kunt de btw die u niet ontvangt in uw normale aangifte omzetbelasting terugvragen.
    Let op! Vraag de btw op tijd terug. Dat moet uiterlijk in de aangifte over het tijdvak waarin de hiervóór beschreven éénjaarstermijn verloopt. Bent u te laat? Dan heeft u geen recht meer op teruggave. Zorg er daarom voor dat u bij iedere aangifte een goede ouderdomsanalyse maakt van uw vorderingen.is er de afgelopen jaren te veel btw afgedragen (of te weinig btw teruggevraagd)? Dan kunt u een verzoek om teruggaaf indienen (ambtshalve vermindering). De Belastingdienst verleent alleen een teruggaaf als uw verzoek is ontvangen voordat er vijf jaar zijn verstreken sinds het einde van het betreffende jaar. Bepaal daarom nog voor het einde van het jaar of u hiermee te maken heeft.
  5. Verwerk privégebruik in de laatste btw-aangifte
    Er dienst btw afgedragen te worden over het privégebruik in de laatste btw-aangifte van het jaar. De meest voorkomende vorm hiervan is de correctie voor privégebruik van de auto.
    De btw op aanschaf, onderhoud en gebruik van een zakelijke auto kunt u aftrekken, uiteraard voor zover de auto wordt gebruikt voor met btw-belaste activiteiten. Dus bij privégebruik moet er rekening worden gehouden met de btw daarover.
    Voor het privégebruik van de auto kan worden uitgegaan (als uit uw administratie niet blijkt dat het werkelijke privégebruik lager is) van 2,7% van de catalogusprijs van de auto, inclusief btw. Woon-werkverkeer wordt gezien als privégebruik.
    Vanaf het vijfde jaar na het jaar waarin u de auto bent gaan gebruiken, mag u uitgaan van 1,5%. Datzelfde geldt voor auto’s die zijn aangeschaft zonder dat daarbij btw-aftrek heeft plaatsgevonden (marge-auto’s).
    Er zijn situaties denkbaar waarin een correctie op grond van het werkelijk gebruik lager is dan de genoemde forfaits van 2,7% of 1,5% van de catalogusprijs inclusief btw. Daarbij valt te denken aan de afwezigheid van woon-werkkilometers, zoals bijvoorbeeld bij ambulante werknemers. Denkt u dat dat ook bij u het geval is, zorg er dan voor dat u dat ook weet te onderbouwen met uw (kilometer)administratie.
  6. Voorkom belasting over een extra beloning: dividend in plaats van loon
    Drijft u uw onderneming via een bv, en wilt u dit jaar uzelf nog een bonus uitkeren? Door dividend uit te keren in plaats van een bonus, voorkomt u een hogere belasting. Over extra loon moet u namelijk maximaal 51,95% inkomstenbelasting betalen terwijl u over een dividenduitkering gecombineerd maximaal circa 44% belasting betaalt. Het uitkeren van dividend wordt in 2020 zwaarder belast. Het tarief over dividend wordt in 2020 namelijk verhoogd van 25% naar 26,25%. Het kan dus voordelig zijn om nog dit jaar dividend uit te keren in plaats van volgend jaar.
    Let op! Voor het uitbetalen van dividend moeten wel een balanstest en uitkeringstoets worden verricht.
  7. Beoordeel het (gebruikelijk) loon
    Vrijwel iedere DGA wordt geacht ten minste een ‘gebruikelijk’ loon te hebben. U kunt dit loon zelf vaststellen. Uw gebruikelijk loon is ten minste gelijk aan het hoogste van de drie volgende bedragen:
    1. 75% van het loon uit de ‘meest vergelijkbare dienstbetrekking’;
    2. het hoogste loon van de overige werknemers binnen de onderneming of daarmee verbonden lichamen;
    3. € 45.000.
    Soms mag u een lager gebruikelijk loon hanteren dan € 45.000.
  8. Bespaar belasting in box 3
    Leen geld uit aan uw bv
    Heeft u nog geld op uw bankrekening staan? Dan valt dit in box 3. Als u geld uitleent aan uw bv, dan ‘verschuift’ het uitgeleende bedrag van box 3 naar box 1. Daarmee voorkomt u dat u belasting in box 3 moet betalen. U voorkomt de belasting niet helemaal. Omdat u geld aan uw bv leent, is de rente die u ontvangt wel belast in box 1 tegen maximaal 45,54%. Dit kan echter nog steeds voordeliger zijn dan de belasting in box 3.
    Het uitgeleende bedrag moet minimaal zes maanden aan de bv worden uitgeleend.
    Stort geld in uw bv
    Heeft u nog een flink saldo op uw bankrekening staan? Dan betaalt u hier belasting over in box 3. U kunt deze belasting (deels) voorkomen door dit als kapitaal in uw bv te storten. Het geld valt dan niet meer in box 3, dus u betaalt er geen belasting over. Over het rendement dat de bv behaalt op het spaargeld bent u vanaf 2020 per saldo 44,69% belasting verschuldigd. Dit kan echter nog steeds voordeliger zijn dan de belasting in box 3.
    Het geld kan slechts onder voorwaarden weer onbelast uit de bv worden gehaald. Een gang naar de notaris is hiervoor bijvoorbeeld noodzakelijk.
  9. Wees kritisch op uw voorlopige aanslag of voorlopige teruggaaf
    De regels over belastingrente zijn streng. Zeker in vergelijking tot de rente op een spaarrekening is de rente die u de Belastingdienst moet betalen erg hoog; voor de inkomstenbelasting 4% en voor de vennootschapsbelasting zelfs 8%. U moet dus kritisch zijn op uw voorlopige aanslag of voorlopige teruggaaf.
    Belastingrente wordt in rekening gebracht vanaf 1 juli volgend op het belastingjaar. Heeft u uw aangifte inkomstenbelasting echter binnen de aangiftetermijn in (dat is uiterlijk 1 mei 2020), dan wordt geen belastingrente in rekening gebracht. Datzelfde geldt als u vóór 1 mei 2020 een verzoek doet om een voorlopige aanslag over 2019 te betalen.
    Voor de vennootschapsbelasting wordt eveneens aangesloten bij de aangiftetermijn. Daarom geldt voor de vennootschapsbelasting dat vóór 1 mei 2020 een verzoek om een voorlopige aanslag over 2019 moet worden ingediend, of dat de aangifte over 2019 moet worden ingediend vóór 1 juni 2020.
    Heeft u recht op een (voorlopige) teruggaaf 2019, dan krijgt u pas belastingrente vergoed als de (voorlopige) aanslag op of na 1 juli 2019 wordt opgelegd én de Belastingdienst traag is met het afwikkelen van uw verzoek tot teruggaaf. Hierdoor wordt in veel gevallen geen rente meer vergoed op een teruggaaf.
  10. Check de mogelijkheden van de werkkostenregeling!
    Als u uw werknemer iets vergoedt of verstrekt, dan horen deze vergoedingen en verstrekkingen tot het belaste loon. Binnen de werkkostenregeling is het echter mogelijk om deze vergoedingen en verstrekkingen tot (maximaal) 1,2% van het totale fiscale loon van al het personeel belastingvrij te doen. Deze vrijstelling wordt ook wel de vrije ruimte genoemd. Overschrijden de vergoedingen en verstrekkingen de vrije ruimte, dan moet u over het meerdere 80% eindheffing betalen.
    U moet wel rekening houden met het gebruikelijkheidscriterium. Dat houdt in, dat vergoedingen en verstrekkingen maximaal 30% mogen afwijken van wat er in vergelijkbare omstandigheden gebruikelijk is. Het moet dus gebruikelijk zijn, dat uw werknemer vergoedingen of verstrekkingen van een bepaalde omvang belastingvrij krijgt en dat u de loonbelasting/premie volksverzekeringen via de eindheffing voor uw rekening neemt.
    Met ingang van 1 januari 2020 wordt de vrije ruimte verhoogd tot 1,7% over de eerste € 400.000 van de loonsom. Daarboven blijft het percentage gelden van 1,2%. Het kan daarom voordelig zijn om vanaf 2020 meer vergoedingen en verstrekkingen te doen binnen de vrije ruimte.

Mocht u vragen hebben over de eindejaarstips en aandachtspunten, laat dan hier uw gegevens achter of neem direct contact op met:

mr. L.J. Bouwer RB
Administratie- en Adviesburo Bouwer BV
Telefoon: 078-6393777

lbouwer