Fiscale bijtelling auto en bestelauto

Fiscale bijtelling auto en bestelauto

Als een auto of bestelwagen ter beschikking wordt gesteld aan een werknemer, dan krijgt u te maken met de fiscale bijtelling. Het ter beschikking stellen van de auto of bestelwagen  waarmee privé kan worden gereden wordt gezien als een onderdeel van de arbeidsbeloning van uw medewerker. De waarde van deze arbeidsbeloning is forfaitair vastgesteld en wordt belast. 

Auto is loon in natura
De Belastingdienst gaat er vanuit dat de auto of bestelwagen ook privé kan worden gebruikt. Over dit privé gebruik is belastingverschuldigd, tenzij wordt aangetoond dat er minder dan 500km per jaar wordt privé wordt gereden. Dit moet echter wel overtuigend kunnen worden aangetoond. De waarde van dit privé gebruik moet bij het inkomen worden opgeteld.

De bijtelling houdt in dat de berekende waarde bij het inkomen wordt opgeteld en overeenkomstig het normale salaris wordt belast. Het forfaitaire bedrag wordt berekende door de cataloguswaarde van de auto (of de dagwaarde, indien de auto ouder is dan 15 jaar) te vermenigvuldigen met een wettelijk vastgesteld percentage.

Overigens kan er ook als de auto slechts een gedeelte van het jaar ter beschikking staat sprake zijn van een fiscale bijtelling. 

Bestelauto ouder dan 1 juli 2005
De bijtelling privégebruik voor een bestelauto gaat volgens dezelfde regels als gelden voor een personenauto. Uitzondering hierop is de bestelauto die vóór 1 juli 2005 op kenteken is gezet. Dan geldt de grondslag voor de bijtelling privégebruik auto, inclusief de btw en zónder de bpm. Dit is doorgaans inclusief de accessoires die ‘af fabriek’ of door dealer of importeur zijn aangebracht vóór de toekenning van het kenteken, of u de auto dan al aan uw werknemer ter beschikking hebt gesteld of niet.

Geen bijtelling
Alleen als kan worden aangetoond dat er minder dan 500 km per jaar privé wordt gereden, hoeft er geen fiscale bijtelling plaats te vinden. Hiertoe moet een sluitende rittenregistratie en een verklaring geen privégebruik. 

In een sluitende rittenregistratie staat onder meer merk, type en kenteken van de auto, de periode waarin deze ter beschikking stond en de ritgegevens. De juistheid van deze registratie kan worden gestaafd aan de hand van onder meer kantooragenda’s, orderbriefjes, garagenota’s en elektronische routeplanners. Bewaar deze informatie bij de loonadministratie, zodat u het bij een onderzoek van de fiscus kunt overhandigen.

 Verklaring geen privégebruik (Verklaring GPGA)
Als de ter beschikking gestelde auto of bestelwagen per kalenderjaar minder dan 500 kilometer privé wordt gebruikt, kan ‘verklaring geen privégebruik’ worden aangevraagd bij de Belastingdienst. Deze verklaring voorkomt een naheffing bij de werkgever, indien achteraf zou blijken dat de werknemer toch meer dan 500 km privé heeft gereden in de ter beschikking gestelde auto of bestelwagen. Los van de verklaring, moet de werknemer wel kunnen aantonen dat hij minder dan 500 km per jaar privé heeft gereden (en derhalve een sluitende rittenregistratie moet bijhouden).

Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik (Verklaring UZGB)
Als een bestelauto van de zaak uitsluitend zakelijk (= 0 kilometer privé) wordt gebruikt, dan kan de ‘Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto’ worden aangevraagd. Vanaf de ingangsdatum van de verklaring:

  • hoeft er geen bijtelling privégebruik auto te worden berekenen; en
  • hoeft er geen rittenregistratie bijgehouden te houden

Mocht achteraf blijken dat er met deze bestelauto toch privé is gereden dan zal een naheffing (en boete) door de belastingdienst worden opgelegd.

 Geen verklaring nodig
De verklaring geen privégebruik is niet nodig als:

  1. Collectieve afspraak werkgever en Belastingdienst
    U kunt met de Belastingdienst voor uw werknemers een collectieve afspraak maken, bijvoorbeeld dat privé-gebruik van de auto niet is toegestaan en dat u daarop daadwerkelijk toezicht houdt. 

In het geval van een bestelauto zijn er de volgende extra mogelijkheden:

  1. Schriftelijk verbod op privégebruik Het verbod op privé gebruik van de auto of bestelwagen moet aan een aantal voorwaarden voldoen om de bijtelling te voorkomen:
    – Er wordt een goedgekeurde modelovereenkomst van de Belastingdienst gebruikt;
    – De werkgever controleert naleving van het verbod.
    (hoeveelheid gebruikte brandstof / aantal gereden kilometers / tanken buiten werktijd / verkeersboetes of schade buiten werktijd / etc);
    – Bij een overtreding wordt een sanctie opgelegd.

 Als uw werknemer desondanks tóch meer dan 500 kilometer privé heeft gereden en werkgever volgens de fiscus niet voldoende toezicht heeft gehouden, dan zijn de naheffingen voor rekening van de werkgever. In dat geval mag u deze echter verhalen op uw werknemer. 

3. De bestelauto kan niet na werktijd worden gebruikt
De auto wordt na afloop van de werktijd op het -afgesloten- terrein van de werkgever geplaatst en de sleutels worden ingeleverd. 

4. De bestelauto is niet geschikt voor privégebruik
Niet elke auto die wordt gebruikt om goederen te vervoeren wordt als bestelauto beschouwd. De eis is dat de wagen door aard en inrichting niet geschikt is voor privégebruik. Hij beschikt bijvoorbeeld over slechts één zitplaats.

mr. L.J. Bouwer
Administratie- en Adviesburo Bouwer BV
telefoon: 078-6393777

[contact-form-7 id=”254″ title=”Contact”]

lbouwer